De Parijse kunsthandelaar Pierre Firmin Martin (1817-1891), ook wel père Martin genoemd, verkocht voornamelijk het werk van kunstenaars van de school van Barbizon en de impressionisten in Parijs. In de periode 1887-1888 stelde hij ook een aantal van Vincents schilderijen tentoon. Behalve bij Martin hing Vincents werk destijds ook in de winkels van Julien Tanguy en van Georges Thomas. Bij hen allemaal kwam er van de verkoop van Vincents werk weinig terecht.
Vincent mocht Martin graag en hij hechtte waarde aan diens visie. Aan zijn broer Theo schreef hij in juni 1888:
“Kun je nu de zaaier schilderen met kleur, met een simultaancontrast van geel en violet bijvoorbeeld (zoals het Apollo-plafond van Delacroix, dat juist geel en violet is, ja of nee? Natuurlijk – ja. Maar doe het dan! Ja – dat is ook wat père Martin zegt: ’Het meesterwerk moet je maken.’” Lees de hele brief
Twee weken later kwam Vincent nog eens op het statement van Martin terug:
“Ik geloof dat ik als ik rijk was, minder zou uitgeven dan nu. Enfin, père Martin zou zeggen: dan moet je zorgen dat je rijk wordt, en hij heeft gelijk, net als met dat meesterwerk.” Lees de hele brief
Vincent portretteerde Martins nicht Léonie Rose Charbuy-Davy, die bij de kunsthandelaar in huis woonde.
Tips & Aanvullingen